TVN Home » Nieuwsbrief » De Stem van de Stilte

De Stem van de Stilte

16 december 2014

56. Het Zelf van de stof en het Zelf van de Geest kunnen nooit samengaan. Eén van de twee moet verdwijnen; er is geen plaats voor beide.

57. Voordat uw Ziele-bewustzijn kan begrijpen, moet de kiem van de pesoonlijkheid uitgeroeid worden, de worm van de zinnen vernietigd zodat een herrijzen niet meer mogelijk is.

58. U kunt het Pad niet begaan, voordat u dat Pad zélf geworden bent.

59. Laat uw Ziel het oor lenen aan iedere kreet van smart, zoals de lotus zijn hart opent om de morgenzon te drinken.

60. Laat niet de felle zon één traan van smart drogen voordat u die zelf hebt afgewist van het gelaat van wie lijdt.

61. Maar laat elke brandende mensentraan op uw hart neerdruppelen en daar verblijven en wis hem ook nooit af voordat de smart, die hem veroorzaakte, is weggenomen.

62. Deze tranen, allerbarmhartigste, zijn de stromen die de velden van onsterfelijhke liefde bevloeien. In zo’n grond groeit de middernachtelijke bloesem van Boeddha, moeilijker te vinden, zeldzamer te zien dan de bloem van de vogayboom. Liefde is het zaad van vrijdom van wedergeboorte. Het vrijwaart de Arhat van strijd en begeerte, het leidt hem door de velden van Zijn tot de vrede en gelukzaligheid, die slechts bekend zijn in het land van Stilte en Niet-Zijn.

63. Roei de begeerte uit; maar als u haar doodt, pas dan op dat zij niet uit de dood zal herrijzen.

Zie voor meer informatie over ‘De Stem van de Stlte’ de Boeksignalering in deze Nieuwsbrief