Geschiedenis van de Wetenschap – Van middeleeuwen tot negentiende eeuw
Door Hans Joachim Störig (1915 - 2012), vertaling uit het Duits door P. Brommer.
267 Pagina's | 1965 | Uitgeverij Het Spectrum, Amsterdam | ISBN: 9789031507986
Oospronkelijke titel: Kleine Weltgeschichte der Wissenschaft
In aansluiting op de Geschiedenis van de wetenschap in Oudheid en Middeleeuwen wordt hier de periode geschetst tot de 19e eeuw. De herontdekking van de klassieke Oudheid heeft een onvoorstelbaar grote invloed gehad op het denken en de wetenschap na de middeleeuwen. De botsing tussen middeleeuwse en klassieke geest leidde tot een vrijer en onafhankelijker denken. De boekdrukkunst gaf aan nieuwe gedachten een groter verspreiding en maakte de wetenschap tot een organisch geheel. Zo kon de voedingsbodem ontstaan voor de Homo universalis, de universele geleerde, en zo konden de grondbeginselen voor de moderne wetenschap worden gelegd. Een geschiedenis van de wetenschap is meer dan een opsomming van geleerden en hun denkbeelden, is meer ook dan een beschrijving van het avontuur van de menselijke geest die doordringt in nog onbekende gebieden. Störig tekent een beeld van wisselwerking tussen cultuur, wetenschap en maatschappelijk leven, een beeld dat reliëf geeft aan actuele problemen en dat laat zien hoezeer de ontwikkeling van de wetenschap ons huidige leven bepaald heeft en de toekomst van de mensheid bepalen zal. Zo is een synthese ontstaan die als onuitputtelijke bron van informatie en als naslagwerk van bijzondere waarde is in deze tijd van toenemende specialisatie, waarin de Homo universalis niet meer kan bestaan.
Geschiedenis van de Wetenschap – Van middeleeuwen tot negentiende eeuw
Door Hans Joachim Störig (1915 – 2012), vertaling uit het Duits door P. Brommer.
267 Pagina’s | 1965 | Uitgeverij Het Spectrum, Amsterdam | ISBN: 9789031507986
Oospronkelijke titel: Kleine Weltgeschichte der Wissenschaft
In aansluiting op de Geschiedenis van de wetenschap in Oudheid en Middeleeuwen wordt hier de periode geschetst tot de 19e eeuw. De herontdekking van de klassieke Oudheid heeft een onvoorstelbaar grote invloed gehad op het denken en de wetenschap na de middeleeuwen. De botsing tussen middeleeuwse en klassieke geest leidde tot een vrijer en onafhankelijker denken. De boekdrukkunst gaf aan nieuwe gedachten een groter verspreiding en maakte de wetenschap tot een organisch geheel. Zo kon de voedingsbodem ontstaan voor de Homo universalis, de universele geleerde, en zo konden de grondbeginselen voor de moderne wetenschap worden gelegd. Een geschiedenis van de wetenschap is meer dan een opsomming van geleerden en hun denkbeelden, is meer ook dan een beschrijving van het avontuur van de menselijke geest die doordringt in nog onbekende gebieden. Störig tekent een beeld van wisselwerking tussen cultuur, wetenschap en maatschappelijk leven, een beeld dat reliëf geeft aan actuele problemen en dat laat zien hoezeer de ontwikkeling van de wetenschap ons huidige leven bepaald heeft en de toekomst van de mensheid bepalen zal. Zo is een synthese ontstaan die als onuitputtelijke bron van informatie en als naslagwerk van bijzondere waarde is in deze tijd van toenemende specialisatie, waarin de Homo universalis niet meer kan bestaan.