Pluraliteit van de Levenskunsten
Door Tatjana Kochetkova, Nelleke Canters & Rico Sneller.
245 Pagina's | Uitgegeven in 2017 | Softcover | Garant Uitgevers NV., Antwerpen - Apeldoorn | ISBN: 9789044135718.
We staan op de grens van twee grote culturele tijdperken. De opkomst van nieuwe technologieën, alsook de toenemende mondialisering van de wereld, openen de weg naar een nieuwe, nog niet geheel uitgekristalliseerde levenswijze. Wanneer oude maatschappelijk-culturele patronen tanende zijn, terwijl alternatieve vormen nog niet hun definitieve beslag hebben gekregen, is er een periode waarin de mens zich kan bevrijden van culturele maskers en kunstmatige constructies. Dit soort tussenperiodes zijn interessant voor persoonlijke ervaringen, innerlijke verdieping en doorbraken in de menselijke conditie.
Door de voortdurende maatschappelijke-technologische transformatie krijgen we voor het eerst in de geschiedenis de kans om de menselijke conditie radicaal te veranderen. Een van de kenmerken van dit historische proces is de opmars van wat inmiddels levenskunst is gaan heten: een actief zoeken naar manieren om het eigen leven adequaat vorm en richting te geven. Echter, er bestaat niet een levenskunst, maar er zijn verscheidene, waarvan sommige elkaar zelfs uitsluiten. Noemen we hier drie grote richtingen:
- Klassieke levenskunst (de oude Grieken: Aristoteles en de stoïcijnen; een voortzetting hiervan treffen we bij denkers als Simone de Weil, Foucault en Schmidt).
- Spirituele levenskunst (diepte- en transpersoonlijke psychologie, mindfulness, yoga, tai-chi, daoïsme, boeddhisme).
- Op techniek en wetenschap georiënteerde levenskunst, in het kielzog van de Verlichting.
Afkomstig uit Hoofdstuk 3 - 'Daoïstische Levenskunst: Een Zoektocht naar Onsterfelijkheid' (p. 70):
" Wie een rijkelijke portie Innerlijke Kracht in zich heeft, kan worden vergeleken met een zuigeling.
Zijn botten zijn zwak en zijn spieren zacht, maar hij balt stevige vuisten.
Dat wil zeggen dat zijn vitale essentie op zijn hoogtepunt is. Dat wil zeggen dat zijn innerlijke harmonie volmaakt is. Het begrijpen van deze harmonie noemen we bestendigheid. Het begrijpen van deze bestendigheid noemen we verlichting.
De levensenergie tot slaaf van de geest maken noemen we verstarring. Wanneer de dingen tot wasdom zijn gekomen, worden ze oud. Dat gaat in tegen de Weg. En wat ingaat tegen de Weg gaat vroeg ten onder. "
Uit: Dao De Ching, 55.
Pluraliteit van de Levenskunsten
Door Tatjana Kochetkova, Nelleke Canters & Rico Sneller.
245 Pagina’s | Uitgegeven in 2017 | Softcover | Garant Uitgevers NV., Antwerpen – Apeldoorn | ISBN: 9789044135718.
We staan op de grens van twee grote culturele tijdperken. De opkomst van nieuwe technologieën, alsook de toenemende mondialisering van de wereld, openen de weg naar een nieuwe, nog niet geheel uitgekristalliseerde levenswijze. Wanneer oude maatschappelijk-culturele patronen tanende zijn, terwijl alternatieve vormen nog niet hun definitieve beslag hebben gekregen, is er een periode waarin de mens zich kan bevrijden van culturele maskers en kunstmatige constructies. Dit soort tussenperiodes zijn interessant voor persoonlijke ervaringen, innerlijke verdieping en doorbraken in de menselijke conditie.
Door de voortdurende maatschappelijke-technologische transformatie krijgen we voor het eerst in de geschiedenis de kans om de menselijke conditie radicaal te veranderen. Een van de kenmerken van dit historische proces is de opmars van wat inmiddels levenskunst is gaan heten: een actief zoeken naar manieren om het eigen leven adequaat vorm en richting te geven. Echter, er bestaat niet een levenskunst, maar er zijn verscheidene, waarvan sommige elkaar zelfs uitsluiten. Noemen we hier drie grote richtingen:
- Klassieke levenskunst (de oude Grieken: Aristoteles en de stoïcijnen; een voortzetting hiervan treffen we bij denkers als Simone de Weil, Foucault en Schmidt).
- Spirituele levenskunst (diepte- en transpersoonlijke psychologie, mindfulness, yoga, tai-chi, daoïsme, boeddhisme).
- Op techniek en wetenschap georiënteerde levenskunst, in het kielzog van de Verlichting.
Afkomstig uit Hoofdstuk 3 – ‘Daoïstische Levenskunst: Een Zoektocht naar Onsterfelijkheid’ (p. 70):
” Wie een rijkelijke portie Innerlijke Kracht in zich heeft, kan worden vergeleken met een zuigeling.
Zijn botten zijn zwak en zijn spieren zacht, maar hij balt stevige vuisten.
Dat wil zeggen dat zijn vitale essentie op zijn hoogtepunt is. Dat wil zeggen dat zijn innerlijke harmonie volmaakt is. Het begrijpen van deze harmonie noemen we bestendigheid. Het begrijpen van deze bestendigheid noemen we verlichting.
De levensenergie tot slaaf van de geest maken noemen we verstarring. Wanneer de dingen tot wasdom zijn gekomen, worden ze oud. Dat gaat in tegen de Weg. En wat ingaat tegen de Weg gaat vroeg ten onder. “
Uit: Dao De Ching, 55.