TVN Home » Tijdschrift Theosofia » Archief » 2007 » Augustus » Het bereiken van doelen, D.P. Sabnis
Post image for Het bereiken van doelen, D.P. Sabnis

Het bereiken van doelen, D.P. Sabnis

Het feit dat wij niet in staat zijn ons te bevrijden van onze materiële bezigheden en zorgen maakt dat wij mensen geen openbaringen uit de hemel ontvangen. Dit betekent niet dat wij afstand moeten doen van alle wereldlijke zaken; maar we zouden ze tenminste korte tijd terzijde kunnen leggen, zoals we een zware last af zouden leggen.

Dragers met enorme ladingen gereedschap op een bergbeklimmersexpeditie leggen hun lasten af, ademen een paar minuten vrijelijk, verfrissen zich en dan gaan ze weer verder. Kunnen wij dat niet net zo doen en ons concentreren op contact maken met de hogere werelden? Anders zijn we net als slakken die heel langzaam voortbewegen omdat ze hun huisjes op hun rug dragen, bang om ze achter te laten. Materialisten zijn net als huisjesslakken, bang dat iemand hun last zou stelen. Dus slepen ze zich langzaam voort.

Spiritualiteit bestaat niet uit het verwaarlozen van het materiële aspect en alleen aan de geest denken. De manifestaties van de geest worden bepaald door de evolutiegraad van het fysieke lichaam. De geest bezit alle kracht maar kan deze niet manifesteren als de overeenkomstige organen in het lichaam niet verfijnd en ontwaakt zijn. Alchemisten wisten dit en besteedden tijd aan het transformeren en zuiveren van hun fysieke lichamen om die verfijnder en flexibeler te maken. Alleen zuivere lichamen zijn in staat tot het reflecteren en overbrengen van hemels licht en de deugden die inherent zijn aan de geest.

D.P. Sabnis is lid van de Blavatsky loge van de TS in Mumbai, India.

162        Theosofia 108/4 · augustus 2007

De geest hoeft niet te evolueren. Zijn rol is het ‘involueren’, dat wil zeggen, af te dalen in de materie en deze tot leven te brengen. Op zijn eigen sublieme terrein is hij volmaakt. Hij is almachtig op zijn eigen niveau, maar machteloos op het fysieke gebied als hij zichzelf wil manifesteren.

Daarom zouden we ons zorgen moeten maken over de fysieke instrumenten waarvan het brein het belangrijkste is. Bij mentaal achtergebleven mensen is niet de geest defect maar de hersenen die niet volmaakt functioneren. De grootste violist ter wereld kan geen muziek spelen als de snaren van de viool loszitten. Te verwachten dat een onvolmaakt lichaam wonderen verricht is proberen een natte lucifer af te strijken.

Het denkvermogen is het latente of actieve potentieel van kosmische ideatie, de essentie van iedere vorm, de basis van iedere wet, het vermogen van ieder principe in het rijk van individueel bewustzijn van deze vormen, wetten en beginselen. Daarom ligt ons werk bij het denkvermogen. Wij moeten het centrum van bewustzijn overbrengen van dier-mens naar mens-mens en van mens-mens naar goddelijk mens.

Wij bevinden ons nu in het vijfde onderras van het vijfde ras, een cruciaal punt in onze evolutie. Het denkvermogen moet triomfantelijk bovenkomen en zich in de richting van de geest bewegen, anders zal het verzinken in de diepten van de materie. Er zijn al tekenen dat het zesde onderras zich aan het voorbereiden is om gevormd te worden. Wij hebben een gouden gelegenheid om in het zesde onderras te komen, mits wij ons spirituele doel bereiken. Zelfinspanning in actie, toewijding aan het hoogste en een voortdurend streven om het Zelf te realiseren zijn hiertoe de middelen.

Om wat dan ook te bereiken, zij het alledaags of bovenaards, is het stellen van een doel de eerste stap. Niemand heeft ooit in de roos geschoten zonder zich daarop te richten. Het pad is misschien niet zo duidelijk, maar de bestemming moet helder zijn: Zelfvolmaking en Zelfrealisatie.

Een actieplan is de tweede belangrijke stap. Soms moet het plan aangepast worden naarmate we verder komen en moeten we voorbereid zijn op onverwachte gebeurtenissen. Zoals een rivier die naar de oceaan stroomt haar bedding verlegt wanneer zij hindernissen tegenkomt, maar uiteindelijk bereikt ze haar doel.

Betrokkenheid en doorzettingsvermogen bij het leiden van het hoger leven zijn grote pluspunten. Maar het allerbelangrijkste is een vaste geloofsovertuiging, gebaseerd op theosofische kennis. Voor iemand die naar de top klimt is het niet belangrijk te kunnen schatten hoe hoog hij geklommen is; hij moet de reis voortzetten ondanks dat het pad glibberig of zwaar is.

Voor oprechte leerlingen zijn de ware leringen van de theosofie en de aanwijzingen zoals gegeven door onze grote leiders het licht dat ons leidt tot het bereiken van de eindbestemming.

Uit: The Theosophist, juni 2004
Vertaling: A.M.I.