H.P. Blavatsky
Helena Petrovna Blavatsky-von Hahn, kortweg HPB, werd geboren op 12 augustus 1831 in het toenmalige Jekaterinoslaw in de Oekraïne. Zij richtte samen met enkele anderen in New York in 1875 de Theosophical Society op.
De Geheime Leer
Haar belangrijkste werk is het in 1888 verschenen: “De Geheime Leer”. De ondertitel van het werk luidt: “De synthese van wetenschap, religie en filosofie”. Het eerste deel, “Het ontstaan van de kosmos”, beschrijft hoe werelden totstandkomen en hoe onze eigen wereldbol en zijn lagere rijken evolueerden tot de tijd dat de menselijke vorm werd ontwikkeld. Het tweede deel, “Het ontstaan van de mens”, bespreekt de verdere evolutie van die vorm, het ontwaken van het denkvermogen, de evolutie van de eerste rassen tot aan de huidige periode, en de toekomstige ontwikkeling. Elk deel van de Geheime Leer is verdeeld in drie afdelingen: de stanza’s van Dzyan; de ontwikkeling van de symboliek en een confrontatie van de wetenschap met De Geheime Leer.
De Geheime Leer bevat de “verzamelde wijsheid van alle tijden”. Deze gaat uit van een kernachtige symboliek. In het werk ligt de nadruk voortdurend op innerlijke waarden tegenover uiterlijke, geestelijke principes tegenover stoffelijke, spiritualiteit tegenover materialisme. De Geheime Leer is niet geschreven als een openbaring maar als een verzameling van fragmenten die verspreid zijn over duizenden geschriften van de grote Aziatische en Voor-Christelijke godsdiensten. Ze laat zien dat door vergelijking van de cosmogonieën van de Oudheid een begrip van het ware, het universele kan worden verkregen. De tekst spoort aan tot eigen onderzoek op elk gebied van de natuur. HPB verwierp iedere vorm van dogmatische interpretatie van haar werk.
Een theosofische wereldbeschouwing
Het heelal van HPB is een geordend heelal. Het is niet een schitterend ongeluk, een samenkomen van toevalligheden, maar een bestuurd en met bewustzijn begiftigd geheel. Hierin staat zij lijnrecht tegenover de wetenschappers van haar tijd voor wie het universum een optelsom is van de delen waaruit het is samengesteld. De mens is voor HPB niet alleen een fysiek lichaam, maar vormt een geïntegreerd onderdeel van het levende, zich ontwikkelende universum. De mens bestaat uit geest, ziel en lichaam die onderling specifieke betrekkingen hebben. Ontwikkeling is voor HPB een fundamentele eigenschap van het mens-zijn, hetgeen zij beschrijft als een groei van bewustzijn door Inwijding.
Eenheid als doel
HPB stelde haar leven in dienst van de mensheid, en bracht de wijsheid van de ouden terug in de herinnering van haar tijdgenoten. Die goddelijke wijsheid, die ze theosofie noemde, inspireert tot mededogen met het lijden van onze medemensen en tot een praktisch altruïsme dat niet alleen gericht is op het verlichten van de symptomen van ellende, maar op het wegnemen van de oorzaak: onwetendheid van onze fundamentele eenheid met alle andere wezens. Het leven en werken van Helena Petrovna Blavatsky was slechts op dat ene doel gericht.