Raja Yoga – Yoga-Sutras Patanjali – Spiritualiteit op zakformaat
Door J. Th. Opzeeland
74 blz. | Paperback | Stichting Raja Yoga ’t Gooi, 2009
De uitgave is bewust op een klein handig formaat gedrukt en kan daardoor gemakkelijk worden meegenomen. Zo kunnen deze compact uitgewerkte Sutras elk gewenst moment hun bewustzijnsverruimende werking verrichten en zo de lezers optillen naar de Werkelijkheid.
Moge het voor velen een dankbaar werkje zijn dat leidt tot meer begrip van de Hogere doelstellingen van het bestaan.
De Sutras zijn zo veel mogelijk eigentijds vertaald en direct achter elkaar geplaatst met slechts een korte uitleg. Zo lezen ze gemakkelijk en kunnen onmiddellijk met elkaar in verband worden gebracht, iets wat elders door uitgebreide commentaren vaak minder eenvoudig is. De Sanskriet termen van de Yoga filosofie zijn gerespecteerd en nader uitgewerkt. Achterin bevindt zich daarnaast een Sanskriet woordenlijstje van de gebruikte Sanskriet termen.
The Wisdom of Patanjali’s Yoga Sutras – A New Translation and Guide
By R. Ravindra
236 pages, Glossary | Gebonden/Hardcover | Morning Light Press, 2009
Patanjali’s Yoga Sutras, the most authoritative classical text of yoga, is a teaching from the highest spiritual vision, that of a still mind. In this book Ravi Ravindra draws from the wisdom of many traditions as he explores the implications of the teaching in the Yoga Sutras.
With a lucid translation, a luminous commentary and helpful practical suggestions, Ravindra invites the readers to engage with the questions which arise from the text as an aid to self-study and to relate the teaching to their daily lives.
“Ravi Ravindra writes with the authority and clarity of a spiritual master. Whether writing about Christianity, Buddhism or the teaching of Krishnamurti, he brings deep insight. Now he has clearly and admirably presented the Yoga Sutras. It will raise many questions for thoughtful readers. Highly recommended.” –Sri TKV Desikachar, author of The Heart of Yoga
De Yoga-Sūtra’s van Patañjali
By Iqbal Kishen Taimni (1898–1978).
516 Pagina’s| Eerste druk 1975, achtste druk 2018 | Hardcover | Uitgeverij der Theosofische Vereniging in Nederland | ISBN: 9789061750758.
English original: The Science of Yoga – A Commentary on the Yoga-Sūtra’s of Patañjali in the Light of Modern Thought | First published in 1961, 2010 edition | The Theosophical Publishing House, Adyar | ISBN: 9788170592112.
De Yoga-Sūtra’s van Patañjali vormen de basistekst van de klassieke yoga, een van de zes filosofische scholen uit het hindoeïsme. In nog geen tweehonderd uiterst beknopte en veelal raadselachtige aforismen zet Patañjali de wetenschap van yoga uiteen. Hij behandelt achtereenvolgens:
- samādhi – de toestand van de meditatieve extase
- sādhanā – de voorbereidende oefeningen
- vibhūti – de hogere psychische vermogen
- kaivalya – de toestand van de spirituele bevrijding.
Te midden van de vele Oosterse en Westerse commentaren op deze Yoga-Sūtra’s neemt dat van de Indiase chemicus en theosoof dr. I.K. Taimni een zeer bijzondere plaats in. De meeste commentatoren maken zich met enkele gemeenplaatsen af van het kernthema van de Yoga-Sūtra’s, de toestand van samādhi of extase, alsof het hier gaat om een toestand van bewustzijn, die niet te beschrijven valt. Taimni verklaart deze toestand van hoger bewustzijn – geheel in de geest van Patañjali – echter tot in de details. Hij heeft dit kunnen doen, doordat hij is uitgegaan van de theosofische visie op het menselijk bewustzijn. Als geen ander is Taimni er daardoor in geslaagd de Yoga-Sūtra’s toegankelijker te maken voor de Westerse lezer.
Hij behandelt achtereenvolgens:
- samadhi: de toestand van meditatieve extase
- sadhana: de voorbereidende oefeningen
- vibhuti: de hogere psychische vermogens
- kaivalya: de toestand van spirituele bevrijding
The Flower of Yoga – Introductory Notes for the Study of the Yoga Sutras of Patanjali
By Ianthe H. Hoskins (1912 – 2001).
60 Pages | First edition 1994, second reprint 2004 | Softcover | Theosophical Publishing House, Adyar | ISBN: 8170592399.
Ianthe H. Hoskins was a teacher by profession, who also had several years of experience in teacher-training. Her work for the Theosophical Society has been varied, including administration of the English Section of the Society, writing lecture around the world and talks to those interested in the philosophy of Yoga and Vedanta.
From the Foreword:
” These notes offer an introduction to the theoretical and practical study of yoga. Among the explanatory statements given here, of especial importance are the words ‘self-applied in an individual case’. In modern parlance, yoga is a ‘do-it-yourself’ science. Unless this is understood from the beginning, it is useless to embark on the study. Hidden treasure, says the Viveka-chudamani, does not come out at the mere mention of the word ‘out’: there must be reliable information, digging and the removal of stones. Similarly, the treasure of the Divine Indwelling – the goal of yoga – is not attained without the instruction of Wise Teachers, feminine or masculine, accompanied by the discplines of the yogic life.
The notes are intended to be used in conjunction with one – or preferably more than one – translation of The Yoga Sutras of Patanjali. Some recommended versions are given at the end, together with a short reading list.
I.H.H. “
The Application of Yoga to Daily Life (Adyar Mini)
28 Pages | First edition 1969, 3rd reprint 2002 , Adyar Mini| Softcover | Theosophical Publishing House, Adyar | ISBN: 8170592003.
From the Foreword:
” To study yoga without attempting to translate it into practice is like studying the technique of car driving without ever taking the car from the garage. Yoga is a practical science, and its value to the student can be appreciated only when the theoretical study is translated into experience. The questions and notes which follow may provide a starting-point for those, who feel the need of some simple and precise suggestions in applying what they have studied to everyday life. “
The notes in this Adyar Mini Booklet are intended as an introduction to the deeper study of the Yoga Sutra-s of Patañjali available in various translations. For further reading, The Still Mind by Roy Agard and Rāja Yoga – A Practical Course by Wallace Slater, are recommended.
De Yoga-Aphorismen van Patañjali + Een Inleiding tot de Studies van Theosofie en de Yoga-Aphorismen van Patañjali
De Yoga-Aphorismen van Patañjali – Manilal Nabhubhai Dvivedi. vertaald door Ir. A.J.H. van Leeuwen.
159 Pagina’s | Uitgegeven in 1970; dit boek maakt deel uit van de Lotusreeks II | Uitgeverij der Theosofische Vereniging in Nederland | ISBN: 9789061750406.
+
Een Inleiding tot de Studies van Theosofie en de Yoga-Aphorismen van Patañjali – Geoffrey C.E. Williams.
40 Pagina’s | Uitgegeven in 1970 | Brochure | Uitgeverij der Theosofische Vereniging in Nederland | Geen ISBN.
Een nieuwe vertaling van de Yoga-Sūtra’s van Patañjali heeft geen inleiding nodig. Binnen de Theosofie bestaat immer een grote belangstelling voor al wat yoga is; want wat zou Theosofie zijn als het geen yoga was? Dvivedi, hoogleraar Sanskriet, geeft een vertaling en commentaar op het ethisch-filosofisch systeem van de Yoga-Sūtra’s van Patañjali. In de uitgebreide inleiding onderzoekt hij de plaats van yoga in de Indiase filosofie. Het werk bevat eveneens een register en index van Sanskriet termen.
NB: Het wordt aangeraden eerst het werkje van Williams te lezen, want er zijn weinig besprekingen van de Yoga-Sūtra’s, die zo helder, enthousiast en opwekkend zijn geschreven, waardoor het lezen van de Sūtra’s zelf veel duidelijker bestudeerd en in de praktijk gebracht kan worden.
Afkomstig van blz. 13 (Williams):
” Patañjali leerde, dat door de gedachten op een enkel punt te concentreren, met uitsluiting van alle andere gedachten, en door het denken op die ene gedachte gevestigd te houden, men deze hogere vermogens van het denkvermogen – de occulte, sublieme, verborgen eigenschappen van de ziel, kan dwingen om te hulp te komen, als het ware, en het lagere verstand te verlichten. Hij leerde, dat wanneer iemand het vermogen van mentale concentratie in volmaaktheid bezat, het slechts nodig was om het denken op een bepaald probleem te richten om het dan dadelijk te doorzien en te begrijpen.
Het denken op een enkel punt richten, met uitsluiting van van alle andere gedachten, lijkt zo, op het eerste gezicht, iets heel eenvoudigs en gemakkelijk te verrichten, en toch ben ik er zeker van, dat niemand diergenen, die dit lezen, het zal kunnen doen. Het is een mentale operatie van het allergrootste kaliber en van titanische afmetingen. Beproef het eens en ontdek dat voor U-zelf. “
Uit de inleiding:
Een stelsel van ethiek, dat niet gebaseerd is op een rationele uiteenzetting van de natuur-wetten en hun beïnvloeding van het menselijk leven en gedrag, is van geen enkel praktisch nut. Dan is het slechts een ethica van individuele opvattingen en mist alle overtuigingskracht. Het doel van het menselijk bestaan is geluk en vooruitgang, en alle ethische systemen trachten de mens te onderrichten op welke wijze het eerste bereikt en het laatste verwezenlijkt kan worden.en:
Indien de mens zijn plaats in het Heelal zou willen verstaan, gelukkig en welvarend zijn, dan moet hij er naar streven om zich die fysieke, psychologische en morele ontwikkeling eigen te maken, welke hem in staat zal stellen om de mysterieuze diepten der Natuur te peilen. Zijn ontwikkeling moet op alle drie gebieden gelijktijdig voortgang hebben. De wetten van Concordantie (overeenstemming) heersen oppermachtig in deze wereld; en de fysische wetten corresponderen evenzeer met de mentale, als zij beide tezamen corresponderen met de morele. Tenzij de mens er in slaagt om deze toestand van gelijktijdige ontwikkeling op alle drie bestaansgebieden te bereiken, kan hij niet verwachten de betekenis en het belang van zijn eigen bestaan in te zien of het bestaan in het algemeen te begrijpen; noch kan hij enig inzicht verkrijgen in het begrip van geluk en evolutie. Voor de mens met verheven doeleinden, wiens lichaam, verstand en ziel in volkomen harmonie met elkander arbeiden, worden de hogere, neen zelfs alle geheimen van de Natuur geopenbaard. Hij voelt zichzelf een met dat Universele Leven, waarin geen onderscheidingen zijn, geen afdelingen, doch niets anders dan gelukzaligheid, eenheid en oneindige vrede. Deze vrede is de vrede van geestelijke zaligheid (Moksha).